Het effect op Insecten
In dit deel van mijn project Invisible threat heb ik het effect van nieuwe tuinplanten op insecten en slakken onderzocht.
Uit onderzoeken van onder andere PAN Nederland en Greenpeace is gebleken dat bijna alle niet-biologische planten, die in tuincentra verkocht worden een cocktail van verschillende bestrijdingsmiddelen bevatten. Zelf heb ik dit ook ondervonden tijdens het maken van mijn project Development; voerde in nieuwe, niet-biologische planten aan bijvoorbeeld bladetende insecten, dan gingen de dieren binnen enkele uren tot dagen dood, terwijl ze bij biologische planten of planten die al jaren in een tuin stonden waar geen chemische middelen gebruikt worden bleven leven.
Ik heb besloten om voor mijn project deze observaties te herhalen. Bij een aantal verschillende tuincentra heb ik in totaal 10 verschillende tuinplanten gekocht. Deze planten heb ik allemaal gefotografeerd. Vervolgens heb ik ze aan verschillende insecten en slakken gevoerd. Ik heb hiervoor zoveel mogelijk gebruik gemaakt van dieren die of in gevangenschap gekweekt zijn (bijvoorbeeld als voedseldieren voor reptielen) of invasieve soorten om zo min mogelijk schade aan de natuur aan te richten. Ook heb ik gekozen voor kleine groepjes van maar een paar dieren, ook om zo min mogelijk dierenleed te veroorzaken.
Daarnaast heb ik ook een controlegroep opgezet met dezelfde dieren, die onder precies dezelfde omstandigheden gehouden worden, alleen nu wel met voedsel waarvan ik zeker wist dat het veilig was.
Het resultaat hiervan is dat in 9 van de 10 gevallen de dieren, die gevoerd werden met de nieuwe tuinplanten allemaal gestorven zijn. Een van deze dieren, het Kleine Koolwitje kwam ook vervormd uit de pop om vervolgens binnen korte tijd dood te gaan. De enige plant, waarbij de dieren wel bleven leven, had een Duits eco-label. In de controlegroepen bleven alle dieren leven.
Van de planten die ik gevoerd heb, zijn in twee gevallen, de Lavendel en de Dahlia, identieke planten getest in opdracht van PAN Nederland. In beide gevallen bevatte de plant een cocktail van verschillende bestrijdingsmiddelen.
Dahlia en Spaanse aardslak
Niet-biologische spitskool en Klein koolwitje. De rupsen hebben van de koolplant gegeten, kregen vervolgens problemen met de metamorfose en kwamen zwaar misvormd als vlinder uit de pop.
Cosmea en Europese treksprinkhaan
Buddleja (vlinderstruik) en Klein koolwitje
Lavendel en Huiskrekel
Anjer en huisjesslak
Niet-biologische sla en Spaanse aardslak
Schapengras en Europese treksprinkhaan
Niet-biologische Braam en Zwart weeskind rups